Brandenburgse Concerten
De achtergrond
Brandenburgse Concerten
De ‘Brandenburgse’ Concerten behoren, samen met de Matthäus-Passion, tot de hoogtepunten van Bachs bekendste werk.
“Bach trakteert veel verschillende instrumenten op virtuoze solo's en maakt bijzondere combinaties.“
De serie van zes concerten kreeg de bijnaam pas in de negentiende eeuw, als verwijzing naar Christian Ludwig von Brandenburg: de Berlijnse keurvorst aan wie Bach de verzameling in 1721 opstuurde als muzikale sollicitatiebrief. De partituur verdween achter slot en grendel en werd pas in 1849 teruggevonden. Een jaar later, een eeuw na Bachs dood, werd de serie voor het eerst uitgegeven.
In de ‘Brandenburgse’ Concerten trakteert Bach veel verschillende instrumenten op virtuoze solo’s en maakt hij bijzondere combinaties. Zo is er het Zesde ‘Brandenburgs’ Concert dat dankzij de inzet van lage strijkers donkere kleurefecten meekreeg. Of het omvangrijke stralende Eerste met zijn boeiende hoornpartij. Het Tweede stelt extreme eisen aan de virtuositeit van de trompettist. En in het spectaculaire Vijfde voert het klavecimbel het hoogste woord, vooral tijdens de solo in het adembenemende eerste deel.
Het concert
Werken en Uitvoering
Werken
Uitvoerenden
Nederlandse Bachvereniging
o.l.v. Shunske Sato