O holder Tag

O holder Tag

BWV 210 uitgevoerd door de Nederlandse Bachvereniging
onder leiding van Sayuri Yamagata
Grote Kerk, Naarden

  • Menu
  • 1. O holder Tag (Rezitativ)
  • 2. Spielet, ihr beseelten Lieder (Arie)
  • 3. Doch, haltet ein (Rezitativ)
  • 4. Ruhet hie, matte Töne (Arie)
  • 5. So glaubt man denn (Rezitativ)
  • 6. Schweigt, ihr Flöten (Arie)
  • 7. Was Luft? was Grab? (Rezitativ)
  • 8. Großer Gönner, dein Vergnügen (Arie)
  • 9. Hochteurer Mann (Rezitativ)
  • 10. Seid beglückt, edle beide (Arie)

Achter de muziek

Verhaal
Verhaal
Teksten
Teksten
Credits
Credits

Tussen zegen en zonde

Loflied op de muziek wordt vrome huwelijkscantate

12 januari 1729: hertog Christian van Saksen-Weissenfels bezoekt Leipzig en wordt uitgebreid gefêteerd - vanzelfsprekend ook met muziek. Bach was de eerst aangewezene om nieuw werk voor de gelegenheid te schrijven en zo beleefde O angenehme Melodei BWV 210a zijn première. De solist moet bijna wel Anna Magdalena Bach (de tweede vrouw van Bach) zijn geweest, die de hertog nog kende van haar tijd aan zijn kunstminnende hof.

Zo’n gelegenheidswerk zou gemakkelijk in een lade kunnen verdwijnen, ware het niet dat Bach deze cantate bleef uitvoeren, minstens vier keer. De wat generieke inhoud maakt dat ook mogelijk: een exposé over de kracht van muziek past immers vrijwel overal. Wat nieuwe recitatieven hier, wat kleine aanpassingen aan de tekst van de aria’s daar; en zo kreeg alweer een prominent evenement glans, zonder al te veel extra werk. Zo ging het ook bij BWV 210a dat herschreven werd tot BWV 210, O holder Tag, erwünschte Zeit, ter gelegenheid van een huwelijk.

Een huwelijk? Zou je daar niet iets feestelijkers verwachten, zoals de sprankelende cantate 201, Geschwinde, ihr wirbelnden Winde? Want wat moeten we met een zin als ‘bei verliebte Eheleuten soll’s stille sein’ (‘bij verliefde echtelieden moet het stil zijn)’? Stilte op een trouwpartij? Was muziek een bedreiging? Toch paste deze vrome bespiegeling blijkbaar precies bij het anonieme echtpaar. Recent onderzoek wijst richting een ambitieus jong koppel: de Berlijnse hofarts Georg Ernst Stahl en Johanna Schrader, goede vrienden van Carl Philipp Emanuel Bach, en bij wie vader Sebastian ook eens kwam logeren.

In vijf aria’s varieert Bach maximaal met bezetting en sfeer. Van de mooie ‘beseelte Lieder’ gaan we via ‘matte Töne’ en ‘zarte Harmonie’ naar de paradoxale derde aria. Tevergeefs wordt de fluit hier het zwijgen opgelegd, want virtuozer dan ooit zoekt ze haar eigen weg. Dan volgen een gestileerde polonaise en een koraalachtige slotaria; absoluut geen vrolijke dans. Dat serieuze karakter suggereert dat deze solocantate bedoeld was voor connaisseurs. De tekst(her)schrijver bedankt ze dan ook nog eens uitdrukkelijk voor hun goede smaak… en ongetwijfeld goedgevulde portemonnee!

BWV
210
Titel
O holder Tag
Instrument
sopraan
Genre
cantates
Jaartal
1729/1741
Stad
Leipzig
Eerste uitvoering
19 september 1741
Bijzonderheden
Bach gebruikte voor deze huwelijkscantate zijn eerder geschreven cantate 'O angenehme Melodei', BWV 210a

Achtergrondvideo's

Teksten

Origineel

1. Rezitataiv (Sopran)
O holder Tag, erwünschte Zeit,
willkommen, frohe Stunden!
Ihr bringt ein Fest, das uns erfreut.
Weg, Schwermut, weg, weg, Traurigkeit!
Der Himmel, welcher vor uns wachet,
hat euch zu unsrer Lust gemachet:
drum lasst uns fröhlich sein!
Wir sind von Gott darzu verbunden,
uns mit den Frohen zu erfreun.

2. Arie (Sopran)
Spielet, ihr beseelten Lieder,
werfet die entzückte Brust
in die Ohnmacht sanfte nieder!
Aber durch der Saiten Lust
stärket und erholt sie wieder!

3. Rezitativ (Sopran)
Doch, haltet ein,
ihr muntern Saiten;
denn bei verliebten Eheleuten
soll's stille sein.
Ihr harmoniert nicht mit der Liebe;
denn eure angebornen Triebe
verleiten uns zur Eitelkeit,
und dieses schickt sich nicht zur Zeit.
Ein frommes Ehepaar
will lieber zu dem Dankaltar
mit dem Gemüte treten
und ein beseeltes Abba beten;
es ist vielmehr im Geist bemüht
und dichtet in der Brust ein angenehmes Lied.

4. Arie (Sopran)
Ruhet hie, matte Töne,
matte Töne, ruhet hie!
Eure zarte Harmonie
ist vor die beglückte Eh'
nicht die wahre Panacee.

5. Rezitativ (Sopran)
So glaubt man denn, daß die Musik verführe
und gar nicht mit der Liebe harmoniere?
O nein! Wer wollte denn nicht ihren Wert betrachten,
auf den so hohe Gönner achten?
Gewiss, die gütige Natur
zieht uns von ihr auf eine höhre Spur.
Sie ist der Liebe gleich, ein großes Himmelskind,
nur, daß sie nicht, als wie die Liebe, blind.
Sie schleicht in alle Herzen ein
und kann bei Hoh' und Niedern sein.
Sie lockt den Sinn
zum Himmel hin
und kann verliebten Seelen
des Höchsten Ruhm erzählen.
Ja, heißt die Liebe sonst
weit stärker als der Tod,
wer leugnet?
Die Musik stärkt uns in Todes Not.
O wundervolles Spiel!
Dich, dich verehrt man viel.
Doch, was erklingt dort vor ein Klagelied,
das den geschwinden Ton beliebter Saiten flieht?

6. Arie (Sopran)
Schweigt, ihr Flöten, schweigt, ihr Töne,
denn ihr klingt dem Neid nicht schöne,
eilt durch die geschwärzte Luft,
bis man euch zu Grabe ruft!

7. Rezitativ (Sopran)
Was Luft? was Grab?
Soll die Musik verderben,
die uns so großen Nutzen gab?
Soll so ein Himmelskind ersterben,
und zwar für eine Höllenbrut?
O nein! Das kann nicht sein.
Drum auf, erfrische deinen Mut!
Die Liebe kann vergnügte Saiten
gar wohl vor ihrem Throne leiden.
Indessen laß dich nur den blassen Neid verlachen,
was wird sich dein Gesang
aus Satans Kindern machen?
Genug, daß dich der Himmel schützt,
wenn sich ein Feind auf dich erhitzt.
Getrost, es leben noch Patronen,
die gern bei deiner Anmut wohnen.
Und einen solchen Mäzenat
sollst du auch itzo in der Tat
an seinem Hochzeitfest verehren.
Wohlan, laß deine Stimme hören!

8. Arie (Sopran)
Großer Gönner, dein Vergnügen
muß auch unsern Klang besiegen,
denn du verehrst uns deine Gunst.
Unter deinen Weisheitsschätzen
kann dich nichts so sehr ergötzen
als der süßen Töne Kunst.

9. Rezitativ (Sopran)
Hochteurer Mann, so fahre ferner fort,
der ecken Harmonie wie itzt geneigt zu bleiben;
so wird sie dir dereinst die Traurigkeit vertreiben.
So wird an manchem Ort
dein wohlverdientes Lob erschallen.
Dein Ruhm wird wie ein Demantstein,
ja wie ein fester Stahl beständig sein,
bis daß er in der ganzen Welt erklinge.
Indessen gönne mir,
daß ich bei deiner Hochzeit Freude
ein wünschend Opfer zubereite
und nach Gebühr
dein künftig Glück und Wohl besinge.

10. Arie (Sopran)
Seid beglückt, edle beide,
edle beide, seid beglückt!
Beständige Lust
erfülle die Wohnung, vergnüge die Brust,
bis daß euch die Hochzeit des Lammes erquickt.

Vertaling

1. Recitatief (sopraan)
O lieflijke dag, gewenste tijd,
welkom, vrolijke uren!
Jullie brengen een feest dat ons verheugt.
Weg, zwaarmoedigheid, weg, weg, droefheid!
De hemel, die over ons waakt,
heeft jullie voor ons plezier gemaakt,
laten we daarom vrolijk zijn!
Wij hebben van God de opdracht
ons te verheugen met de verheugden.

2. Aria (sopraan)
Speel, o bezielde liederen,
laat het verrukte gemoed
zachtjes bezwijmen!
Maar door de lust van de snaren
wordt het weer sterk en herstelt het weer.

3. Recitatief (sopraan)
Maar toch, stop,
opgewekte snaren,
want bij verliefde echtelieden
moet het stil zijn.
Jullie harmoniëren niet met de liefde,
want jullie aangeboren neigingen
verleiden ons tot ijdelheid
en dat is momenteel niet passend.
Een vroom echtpaar
wil liever ingekeerd
naar het dankaltaar gaan
en een bezield Abba bidden;
het richt zich op de geest
en dicht inwendig een aangenaam lied.

4. Aria (sopraan)
Rust hier, matte klanken,
matte klanken, rust hier!
Jullie tedere harmonie
is voor het verheugde huwelijk
niet de ware panacee.

5. Recitatief (sopraan)
Denk je dan dat muziek verleidt
en helemaal niet met liefde harmonieert?
O nee! Wie zou niet de waarde zien
die zulke hoge weldoeners eraan hechten?
Zeker, de goedgunstige natuur
brengt ons door de muziek op een hoger plan.
Ze is gelijk aan de liefde, een groot hemelkind,
alleen is ze niet, zoals de liefde, blind.
Ze sluipt alle harten binnen
en kan bij hoge en lage mensen zijn.
Ze lokt je geest
naar de hemel
en kan verliefde zielen
vertellen over de roem van de Allerhoogste.
Ja, als gezegd wordt dat de liefde
veel sterker is dan de dood,
wie zou het loochenen?
Muziek geeft ons kracht in doodsnood.
O, wonderbaarlijk spel!
Jij, jij wordt sterk vereerd.
Maar wat klinkt daar voor een klaaglied,
dat de snelle klank van geliefde snaren ontvlucht?

6. Aria (sopraan)
Zwijg, fluiten, zwijg, klanken,
want voor jaloezie klinken jullie niet fraai,
haast je door de zwartgeworden lucht
totdat je naar je graf wordt geroepen!

7. Recitatief (sopraan)
Wat lucht? Wat graf?
Moet de muziek te gronde gaan
die ons zoveel nut heeft geschonken?
Moet zo’n hemelkind sterven
en wel voor hellengebroed?
O nee, dat mag niet gebeuren.
Komaan dus, verfris je moed!
Liefde kan verheugde snaren
heel goed naar haar troon leiden.
Lach ondertussen de bleke jaloezie maar uit,
wat zal jouw gezang
van Satans kinderen denken?
Het is voldoende dat de hemel jou beschermt
als een vijand het op je gemunt heeft.
Rustig maar, er leven nog beschermheren
die graag bij jouw bekoorlijkheid verblijven.
En een dergelijke mecenas
moet jij nu werkelijk
op zijn bruiloft eer bewijzen.
Komaan, laat je stem horen!

8. Aria (sopraan)
Grote weldoener, uw plezier
moet ook ons geluid overwinnen,
want u vereert ons met uw gunst.
Onder de schatten van uw wijsheid
kan niets u zo verheugen
als de kunst van de zoete klanken.

9. Recitatief (sopraan)
Dierbare man, blijf dus,
net zoals nu, de harmonie genegen,
dan zal ze eens uw droefheid verjagen.
Dan zal op veel plaatsen
uw welverdiende lof weerklinken.
Uw roem zal bestendig zijn
als een diamant, als stevig staal,
totdat die in de hele wereld klinkt.
Gun het mij intussen
dat ik aan de vreugde van uw bruiloft
een wensoffer toevoeg
en op een passende manier
uw toekomstige geluk en heil bezing.

10. Aria (sopraan)
Veel geluk, u beiden,
edel tweetal, veel geluk!
Moge voortdurende blijdschap uw woning vullen
en uw hart plezier doen,
totdat de bruiloft van het Lam u verkwikt.

vertaling © Ria van Hengel

Credits

  • Publicatiedatum
    17 oktober 2024
  • Opnamedatum
    10 september 2022
  • Locatie
    Grote Kerk, Naarden
  • Viool en leiding
    Sayuri Yamagata
  • Sopraan
    Julia Doyle
  • Viool 2
    Lidewij van der Voort
  • Altviool
    Deirdre Dowling
  • Cello
    Lucia Swarts
  • Contrabas
    Robert Franenberg
  • Traverso
    Marten Root
  • Hobo
    Rodrigo Lopez Paz
  • Klavecimbel
    Siebe Henstra
  • Orgel
    Laurens de Man
  • Regie en beeldmontage
    Onno van Ameijde
  • Muziekopname
    Guido Tichelman, Lilita Dunska, Pim van der Lee
  • Audiomontage- en mix
    Guido Tichelman
  • Camera
    Rieks Soepenberg, Carrien Dijkstra, Maria Smeets, Jorne Tielemans
  • Licht
    Ernst-Jan Thieme
  • Grip
    Patrick Galvin, Jason Mulder
  • Regieassistent
    Tom Peeters
  • Styling
    Ellen Julianus
  • Assistent audioregie
    Marloes Biermans
  • Productie concert
    Laura Jonker
  • Productie opname
    Marieke de Blaay

Help ons All of Bach te voltooien

Een groot deel moet nog opgenomen worden voordat het gehele oeuvre van Bach online staat. Dit redden we niet zonder financiële steun van donateurs. Help ons de muzikale nalatenschap van Bach te voltooien en steun ons met een gift!