'Franse' suite nr. 4 in Es groot

'Franse' suite nr. 4 in Es groot

BWV 815 uitgevoerd door Pierre Hantaï
in de Doopsgezinde Kerk, Haarlem

  • Menu
  • 1. Allemande
  • 2. Courante
  • 3. Sarabande
  • 4. Gavotte
  • 5. Air
  • 6. Menuett
  • 7. Gigue

Achter de muziek

Verhaal
Verhaal
Credits
Credits

Simpel en magnifiek

Hoe Bach van eenvoudige middelen iets bijzonders weet te maken

Vaak bouwt Bach melodieën op uit simpele en kleine elementen die hij langzaam uitbouwt. Het begint vaak eenvoudig, met een klein motiefje dat iedere componist zou kunnen bedenken, maar daarna wordt het al snel onmiskenbaar Bach. Deze suite is daarvan een mooi voorbeeld.

Zo begint Bach de Allemande bewust met een simpele vorm: gebroken akkoorden die langzaam harmonisch opschuiven. Het doet denken aan het eerste preludium in het Wohltemperirte Clavier. In de Gavotte doet Bach iets vergelijkbaars: bijna het hele stuk is opgebouwd uit steeds twee groepjes van twee noten die dezelfde beweging herhalen.

In de andere delen is die strategie minder evident, maar als je goed kijkt, past Bach die ook daar toe. Zo draait de Courante om simpele groepjes van drie noten, maar voegt Bach er af en toe ineens een grote sprong in. In de Gigue aan het slot onderstreept Bach nog eens extra hoe hij met simpele elementen een stuk opbouwt: een sprongetje, dezelfde sprong herhaald, en daarna twee keer drie stapsgewijze noten. Simpeler kan haast niet en toch werkt het magnifiek.

‘Franse’ suites, BWV 812-817
Bach componeerde zijn ‘Franse’ suites als jonge dertiger toen hij werkzaam was aan het hof van Köthen. Maar met het hof hebben de suites niks te maken. Bach schreef ze voor didactisch gebruik in zijn eigen huiselijke kring. De eerste vijf komen in hun oorspronkelijke vorm voor in het muziekboekje dat hij in 1722, mogelijk als huwelijksgeschenk, samenstelde voor zijn tweede vrouw Anna Magdalena. Maar Bach bleef de stukken herwerken. De latere versies, aangevuld met een zesde suite, zijn overgeleverd dankzij de vele kopieën van leerlingen. Het zijn dankbare oefenstukken die ondanks een zekere compositorische complexiteit – het blijft Bach – geen extreme eisen stellen aan de speler.

De benaming ‘Frans’ stamt niet van Bach zelf en duikt voor het eerst op in een tekst uit 1762, twaalf jaar na Bachs dood. De stukken zijn ook niet per se meer Frans dan zijn andere suites voor klavier, net zomin als de eerder gecomponeerde ‘Engelse’ suites Engels van karakter zijn. Sterker nog, in zekere zin volgen de ‘Engelse’ suites, met hun uitgebreide preludes, meer het Franse model. Maar zoals meestal spreekt Bach hier een kosmopolitische taal, een geniale synthese van verschillende Europese stijlen.

De ‘Franse’ suites hebben geen prelude maar beginnen meteen met de eerste dans: een allemande. Daarna volgt het klassieke rijtje van courante, sarabande en gigue, met tussen de sarabande en de gigue een wat vrijere invulling, gaande van het menuet en de gavotte, tot de bourrée en de zeldzame loure.

BWV
815
Titel
Suite in Es groot
Bijnaam
'Franse' suite nr. 4
Instrument
klavecimbel
Genre
klavierwerken
Serie
Franse suites (klavier)
Jaartal
1722/23
Stad
Köthen/Leipzig

Met steun van

Howard Fee

Achtergrondvideo's

Teksten

Origineel

Vertaling

Credits

  • Publicatiedatum
    16 juni 2022
  • Opnamedatum
    29 juni 2021
  • Locatie
    Doopsgezinde Kerk, Haarlem
  • Klavecinist
    Pierre Hantaï
  • Klavecimbel
    Bruce Kennedy, 1989 naar Michael Mietke
  • Regie, camera en licht
    Gijs Besseling
  • Muziekopname
    Guido Tichelman, Bastiaan Kuijt, Pim van der Lee
  • Audiomontage en -mix
    Guido Tichelman
  • Camera, licht
    Danny Noordanus, David Koster
  • Datahandling
    Stefan Ebels
  • Assistent audioregie
    Marloes Biermans
  • Productie
    Jessie Verbrugh
  • Met steun van
    Howard Fee

Help ons All of Bach te voltooien

Een groot deel moet nog opgenomen worden voordat het gehele oeuvre van Bach online staat. Dit redden we niet zonder financiële steun van donateurs. Help ons de muzikale nalatenschap van Bach te voltooien en steun ons met een gift!