Ach wie flüchtig, ach wie nichtig

Ach wie flüchtig, ach wie nichtig

BWV 26 uitgevoerd door de Nederlandse Bachvereniging
onder leiding van Shunske Sato
Grote Kerk, Naarden

  • Menu
  • 1. Ach wie flüchtig, ach wie nichtig (Chor)
  • 2. So schnell ein rauschend Wasser (Arie)
  • 3. Die Freude wird zur Traurigkeit (Rezitativ)
  • 4. An irdische Schätze das Herze (Arie)
  • 5. Die höchste Herrlichkeit (Rezitativ)
  • 6. Ach wie flüchtig, ach wie nichtig (Choral)

Achter de muziek

Verhaal
Verhaal
Teksten
Teksten
Credits
Credits

Lucht en leegte

In deze cantate benadrukt Bach de vluchtigheid van het leven

Je glijdt uit — je voeten zetten onhandige stappen maar je krijgt geen grip op het losse zand en met een buitelende vaart glijd je omlaag, het dal in. Zo ongeveer voelt de luisteraar zich bij het openingskoor van de cantate Ach wie flüchtig, ach wie nichtig, en soms ook in het leven.

Nog voor de stemmen invallen met hun onheilspellende tekst over vergankelijkheid, nog voor de sopranen - versterkt door een hoorn - de koraalmelodie van Michael Franck inzetten, weet Bach muzikaal het thema van de cantate te communiceren: het leven is onzeker, vluchtig en nutteloos. Zelfs de basso continuo, anders steeds het fundament van Bachs muzikale bouwsels, is hier allesbehalve stabiel: onder het gekwetter van de gefragmenteerde hobopartijen slingert de baspartij vervaarlijk op en neer in nietszeggende toonladders, verdwijnt hij soms zelfs volledig uit zicht, en wordt hij uiteindelijk onderhevig aan een voorspelbare herhaalde harmonie (sequens).

Voor je het weet is het koor klaar en start de tenor-aria, met zijn zes minuten het langste deel van de cantate. Een ogenschijnlijk vredige, stromende melodie van de traverso en viool leidt ons naar de virtuoze en plezierige tenorpartij. De muzikale lijn zit vol ellenlange melismen, notenreeksen op één lettergreep, die het vluchtige karakter van het leven moeten uitdrukken. Bach, meester van de muzikale truc, laat ons tegen het einde zelfs enigszins ongeduldig worden: de vele herhalingen en de terugkeer van het ritornello zouden je zomaar op de zenuwen kunnen werken.

Na een kort alt-recitatief volgt nog een spectaculaire aria, een ‘dodendans’, zoals hij door muziekwetenschappers is beschreven. De bas ontraadt de luisteraar om zijn hart aan de materiële wereld te verkopen. De dansritmes en de ongestuurde harmonieën in de hoekige hobopartijen suggereren de valsheid van de wereld. De gelovige moet in plaats daarvan zijn hoop op God richten. In een puntig, moreel geïnspireerd recitatief benadrukt de sopraan daarna nogmaals hoe tijdelijk de aardse wereld is. Een slotkoraal dat nog geen minuut duurt, en de koraalmelodie uit het openingskoor eenvoudig herhaalt, kijkt de eindigheid van de wereld recht in de ogen, maar eindigt met de eeuwigheid van godsvrucht: “Wie God vreest, blijft eeuwig staan.”

BWV
26
Titel
Ach wie flüchtig, ach wie nichtig
Instrument
alt, bas, sopraan, tenor
Genre
cantates
Jaartal
1724
Stad
Leipzig
Tekstdichter
Michael Franck (ca 1650/1652)
Bestemming
24e zondag na Trinitatis
Eerste uitvoering
19 november 1724

Ter nagedachtenis aan

De heer Duan-Fang Wang en mevrouw Shu Chao Lin Wang

Achtergrondvideo's

Teksten

Origineel

1. Chor
Ach wie flüchtig, ach wie nichtig
ist der Menschen Leben!
Wie ein Nebel bald entstehet
und auch wieder bald vergehet,
so ist unser Leben, sehet!

2. Arie (Tenor)
So schnell ein rauschend Wasser schießt,
so eilen unser Lebenstage.
Die Zeit vergeht, die Stunden eilen,
wie sich die Tropfen plötzlich teilen,
wenn alles in den Abgrund schießt.

3. Rezitativ (Alt)
Die Freude wird zur Traurigkeit,
die Schönheit fällt als eine Blume,
die größte Stärke wird geschwächt,
es ändert sich das Glücke mit der Zeit,
bald ist es aus mit Ehr und Ruhme,
die Wissenschaft und was ein Mensche dichtet,
wird endlich durch das Grab vernichtet.

4. Arie (Bass)
An irdische Schätze das Herze zu hängen,
ist eine Verführung der törichten Welt.
Wie leichtlich entstehen verzehrende Gluten,
wie rauschen und reißen die wallenden Fluten,
bis alles zerschmettert in Trümmern zerfällt.

5. Rezitativ (Sopran)
Die höchste Herrlichkeit und Pracht
umhüllt zuletzt
des Todes Nacht.
Wer gleichsam als ein Gott gesessen,
entgeht dem Staub und Asche nicht,
und wenn die letzte Stunde schläget,
daß man ihn zu der Erde träget,
und seiner Hoheit Grund zerbricht,
wird seiner ganz vergessen.

6. Choral
Ach wie flüchtig, ach wie nichtig
sind der Menschen Sachen!
Alles, alles, was wir sehen,
das muß fallen und vergehen.
Wer Gott fürcht, bleibt ewig stehen.

Vertaling

1. Koor
Ach hoe vluchtig, ach, hoe nietig
is het leven van de mensen!
Zoals een nevel snel ontstaat
en ook weer snel verdwijnt,
zo is ons leven, kijk maar!

2. Aria (tenor)
Zo snel als ruisend water stroomt,
zo snellen onze levensdagen voort.
De tijd gaat voorbij, de uren vliegen,
zoals druppels plotseling uiteenspatten
als alles in de afgrond stort.

3. Recitatief (alt)
Vreugde verandert in droefheid,
schoonheid verlept als een bloem,
de grootste kracht wordt zwakheid,
geluk slaat om in de loop van de tijd,
aan eer en roem komt al snel een eind,
kennis en alles wat een mens bedenkt
wordt uiteindelijk door het graf vernietigd.

4. Aria (bas)
Je hart verpanden aan aardse schatten,
dat is de verleiding van de dwaze wereld.
Hoe gemakkelijk ontstaan er verterende vuren,
hoe ruist en kolkt het golvende water,
totdat alles verbrijzeld in puin valt.

5. Recitatief (sopraan)
Ook de grootste luister en pracht
worden uiteindelijk omhuld
door de nacht van de dood.
Ook een hooggeplaatste
ontsnapt niet aan stof en as
en als zijn laatste uur slaat
en hij ten grave wordt gedragen
en de basis voor zijn aanzien verbrokkelt,
wordt hij volkomen vergeten.

6. Koraal
Ach, hoe vluchtig, ach, hoe nietig
zijn de dingen van de mensen!
Alles, alles wat wij zien
moet vallen en vergaan.
Wie God vreest blijft eeuwig staan.

vertaling © Ria van Hengel

Credits

  • Publicatiedatum
    21 november 2024
  • Opnamedatum
    30 mei 2023
  • Locatie
    Grote Kerk, Naarden
  • Viool en leiding
    Shunske Sato
  • Sopraan
    Griet De Geyter
  • Alt
    Franz Vitzthum
  • Tenor
    Guy Cutting
  • Bas
    Felix Schwandtke
  • Ripiënisten sopraan
    Marta Paklar, Amelia Berridge
  • Ripiënisten alt
    Sofia Gvirts, Bernadett Nagy
  • Ripiënisten tenor
    João Moreira, Immo Schröder
  • Ripiënisten bas
    Matthew Baker, Donald Bentvelsen
  • Viool 1
    Lidewij van der Voort, Kano Imada, Mayumi Sargent Harada
  • Viool 2
    Lucia Giraudo, Alyssa Wright, Andrew Wong
  • Altviool
    Anneke van Haaften, Esther van der Eijk
  • Cello
    Lucia Swarts, Anne-Linde Visser
  • Contrabas
    Robert Franenberg
  • Traverso
    David Westcombe
  • Hobo
    Rodrigo Lopez Paz, Katharina Verhaar, Esther van der Ploeg
  • Fagot
    Benny Aghassi
  • Hoorn
    Christopher Price
  • Orgel
    Bart Naessens
  • Klavecimbel
    Siebe Henstra
  • Regie en beeldmontage
    Bas Wielenga
  • Muziekopname
    Guido Tichelman, Pim van der Lee, Ernst Coutinho
  • Audiomontage en -mix
    Guido Tichelman
  • Camera
    Martin Struijf, Bjorn Tiebout, Tom de Beer, Jesper Blok
  • Licht
    Ernst-Jan Thieme
  • Grip
    Jordi Kooij, Joey Marcoux
  • Regieassistent
    Ferenc Soeteman
  • Settechniek
    Justin Mutsaers
  • Datahandling
    Ruben Kuyl
  • Projectmanager NEP
    Ron Vermeulen
  • Assistent audioregie
    Marloes Biermans
  • Productie concert
    Imke Deters
  • Productie opname
    Wietske Hovingh
  • Ter nagedachtenis aan
    De heer Duan-Fang Wang en mevrouw Shu Chao Lin Wang, die hun kinderen en kleinkinderen de liefde voor muziek hebben nagelaten

Help ons All of Bach te voltooien

Een groot deel moet nog opgenomen worden voordat het gehele oeuvre van Bach online staat. Dit redden we niet zonder financiële steun van donateurs. Help ons de muzikale nalatenschap van Bach te voltooien en steun ons met een gift!