Das Wohltemperirte Clavier I nr. 17 in As groot
BWV 862 uitgevoerd door Olivier Fortin
in zijn huis in Suin, Frankrijk
Achter de muziek
Weemoedige nazomer
De toonsoort As groot inspireerde Bach tot een stralend begin en een meer gedragen einde
Deze Prelude in As groot begint met stralende zonneschijn die het hele stuk blijft beheersen. Toch ligt er een donkere laag onder de oppervlakte. As groot is, zoals klavecinist Olivier Fortin vertelt, al een eind op weg naar de ‘hardere’ toonsoorten met veel kruizen of mollen. Zonder het helemaal thuis te kunnen brengen hoor je dat de intonatie al begint te trekken en te wringen. Ook het ‘thuisakkoord’ As groot zelf is niet stabiel. Je hoort het duidelijk in de slotakkoorden. Misschien dat muziektheoretici van net na Bachs tijd daarom onverwacht donkere beschrijvingen aan deze toonsoort koppelden. Georg Joseph Vogler stelt in 1779 kort en bondig dat As groot “een zwart idee” voorstelt, en Christian Schubart schreef een paar jaar later over “de graftoonsoort: dood, graf, vergankelijkheid, berechting, en eeuwigheid behoren tot zijn reikwijdte”.
Na de zomerse prelude volgt een fuga die precies dit soort associaties lijkt op te roepen. Het stuk is meer gedragen en voelt als een weemoedige nazomer. Terwijl de prelude zich vrijwel alleen in majeur beweegt, trekt de fuga steeds naar herfstige mineurtoonsoorten toe. Seizoenen en rare weerfenomenen hadden in Bachs tijd vaak een omineuze betekenis. Zo werd begin maart 1721 in Duitsland het noorderlicht waargenomen. Wie weet of dat nog ergens in het Wohltemperirte Clavier invloed heeft gehad...
Das Wohltemperirte Clavier, BWV 846-893
48 klavierstukken in alle 24 toonsoorten: dat was het soort uitdaging waar Bach van genoot. In elk van de twee delen van het Wohltemperirte Clavier bracht hij 24 keer het muzikale koppel prelude en fuga samen, twaalf in mineur, twaalf in majeur. In de preludes liet hij zijn fantasie de vrije loop, om in de fuga’s zijn mathematische hoogstandjes te verrichten. In tegenstelling tot de ijzeren discipline waarmee Bach zich voor zijn kerkelijke composities moest inzetten, kon hij zich hier overgeven aan intellectuele Spielerei zonder klemmende deadlines.
Het eerste deel van het Wohltemperirte Clavier stamt uit 1722, maar bevat muziek die deels al in de vijf jaar daarvoor werd geschreven. De ontstaansgeschiedenis van deel twee is minder helder: pas rond 1740 stelde hij dit tweede manuscript samen, maar opnieuw dateert een deel van de erin opgenomen preludes en fuga’s uit een veel eerdere periode. De doelgroep van deze verzameling stukken omschreef Bach zelf als volgt: ‘Zum Nutzen und Gebrauch der Lehr-begierigen Musicalischen Jugend, als auch dere in diesem studio schon habil seyenden besonderem ZeitVertreib.’ (‘Zowel ter lering van de ijverige muzikale jeugd als ter vermaak van de in deze materie al onderlegden.’)
- BWV
- 862
- Titel
- Prelude en fuga in As groot
- Bijnaam
- nr. 17 uit Das Wohltemperirte Clavier I
- Instrument
- klavecimbel
- Genre
- klavierwerken
- Serie
- Das Wohltemperirte Clavier I
- Jaartal
- 1722 of eerder
- Stad
- Köthen (of Weimar?)
Met steun van
Prins Bernhard Cultuurfonds
Teksten
Origineel
Vertaling
Credits
-
- Publicatiedatum
- 28 juni 2019
-
- Opnamedatum
- 17 april 2018
-
- Locatie
- Suin, Frankrijk
-
- Klavecinist
- Olivier Fortin
-
- Klavecimbel
- Jonte Knif & Arno Pelto 2004
-
- Regie en interview
- Jan Van den Bossche
-
- Muziekopname, -montage en -mix
- Guido Tichelman
-
- Camera
- Gijs Besseling
-
- Productie
- Jessie Verbrugh
-
- Met steun van
- Prins Bernhard Cultuurfonds
Ontdek
Help ons All of Bach te voltooien
Een groot deel moet nog opgenomen worden voordat het gehele oeuvre van Bach online staat. Dit redden we niet zonder financiële steun van donateurs. Help ons de muzikale nalatenschap van Bach te voltooien en steun ons met een gift!